Twee dagen in Parijs



Klik op de foto voor een vergroting.
Klik hier om de foto's allemaal onder elkaar in groot formaat te zien.
Een diashow met alle foto's in groot formaat vind je hier.

Maandag 16 juli
We hadden het hotel al weken geleden gereserveerd. Vandaag zijn we vroeg uit ons bed gekropen. Rond 7.20 uur vertrekken we met de auto naar Parijs. Bij toeval - wij hebben altijd geluk ! - ligt ons hotel aan de goede kant van Parijs, zuid-oost, en vlakbij een metrostation. Wij treffen ook een vriendelijke juffrouw aan de balie, we mogen onze kamer al binnen. We laten er onze bagage, zetten de auto in de parking, en duiken in de metro. Ook hier een heel vriendelijke metro-bediende die ons uitlegt hoe we een dagkaart voor het openbaar vervoer uit de machine kunnen halen. Onze eerste rit van vele kan beginnen.
We stoppen op de Place de la Bastille, voor een eerste koffie. Van daar te voet naar de Place des Vosges. We wandelen voorbij een winkeltje ('Sipetit') met zelfgemaakte kinderkleding. We vertellen van Lies die pas begonnen is met 30 stuks. De mevrouw vertelt dat ze de winkel al zeventien jaar heeft, en werkt met een naaister en een leerstudente.


Van daar naar de Notre Dame. Prachtige gevel, veel toeristen, maar voor aanschuiven voelen we niets. Onder het begrijpend oog van alle gevelheiligen eten we een Frans broodje met smos.


Te voet gaat het langs de Seine naar het Louvre. We zien de fonteinen en de glazen piramide. En dan willen we terug in de metro. We rijden in één vaart naar La Défense. We gaan er onder de hedendaagse triomfboog staan, symbool van de macht van het geld, en kijken langs de centrale as van Parijs naar de oude Arc de Triomphe, symbool van de militaire macht. We kopen een ticket voor een lift naar boven op de boog voor een geweldig uitzicht en enkele tentoonstellingen binnen.


De oude triomfboog wenkt. We blijven op de Champs Elysées wandelen. Als het soms regent profiteren we van de solden in de winkels.
We veranderen weer van wijk, nu naar Montmartre, en smullen van de Sacré Coeur - de kerk wordt wel eens de slagroomtaart van Parijs genoemd -, terwijl we denken aan Amélie Poulin.


Eerst eten we iets in Le Petit Creux, en dan komen we aan op de Place du Tertre, ideaal om nog een koffie te drinken. Het donkert, en onze benen vragen rust. Onder de paraplu haasten we ons over trappen en door kleine straten naar een metrohalte.

Dinsdag 17 juli
Het bed thuis slaapt beter maar we zijn toch klaar voor een nieuwe dag 'ontdekken'. We beginnen met het ontbijt. Zoveel mogelijk eten blijkt achteraf toch niet zo'n goed idee geweest te zijn.
Eerst naar de Eifeltoren. Zelfs met de metro duurt dat een eindje want die ligt aan de andere kant van Parijs. We stappen uit in Trocadero. Vandaar is het een wondermooi uitzicht op de toren. We stappen over de brug over de Seine en stellen vast dat er gigantische files staan aan te schuiven om de toren te bestijgen. Met pijn in het hart verzaken we aan dit plezier. We kopen de pijn af met een ijsje. Met de RER rijden we langs de Seine naar het Musée d'Orsey. De treinverbinding is gedeeltelijk in herstelling ; we moeten overstappen op een bus. Zo hebben we alles eens meegemaakt.


Het Musée d'Orsey ligt er prachtig bij in de zon. Maar zoals te verwachten is de file aanschuivers ontmoedigend lang. De musea moeten later dan meer eens bezocht worden, niet in de zomer als het warm en zonnig is. Nu verkennen we het Paris 'dehors', 'l'intérieur' houden we voor we als het regent en koud is.
We stappen naar Saint-Germain-des-Prés. Het is de oudste kerk van Parijs, en er staat geen file mensen aan te schuiven. En naast de kerk is er een winkel van Dior en een van Vuiton. Op de hoek schuin over de kerk ligt het établissement 'Les Deux Magots', een literair trefpunt in de jaren 20 van vorige eeuw. We hebben er geen schrijvers gezien, maar hebben er wel lekker gegeten.


Een galerij met solden ligt op onze weg naar de kerk Saint-Sulpice. In de kerk stoten we op de obelisk met een soort zonnewijzer, die een belangrijke rol speelt in het boek 'de Da Vinci code'. Met de metro is het slechts enkele haltes naar het Centre Pompidou. Dat is jammer genoeg gesloten op dinsdag. We bewonderen de buitenkant en de pleintjes errond.


Onze laatste verkenning gaat naar het beroemdste kerkhof van Parijs, waar vele gekende personen begraven zijn, Père Lachaise. Het is te groot om volledig te bezoeken. We beperken ons tot het graf van Fréderic Chopin, dat ligt niet te ver van de ingang.
Als we terug naar de ingang wandelen stellen we vast dat het al zes uur geworden is en de parkwachters de deuren willen sluiten. Wij sluiten hier ook het boek Parijs. Het was echt de moeite, en we hebben toch alle belangrijkste zaken kunnen zien.



home

Laatst aan geprutst op
Wij krijgen graag uw post op dit adres.